4-12-2003 We nemen onze rust en doen de dingen die gedaan moeten worden.
We bellen een uitvaartverzorging op over wat moet en wat mag. Het blijkt dus zo te zijn dat er geen regelgeving is. ‘Ons kindje bestaat niet voor de wet.’ Hoe bitter; Waarom is dit zo pijnlijk dan? En toch bestaat ‘het’ niet. Voor mijn man staat het vast. Hij gaat zijn kind gewoon aangeven bij de Gemeente, net als onze andere kinderen. Dat blijkt wel te kunnen, alleen voor de vorm. Is toch fijn.
Nu er toch geen regelgeving is gaan we alles zelf doen. We schakelen geen uitvaartverzorging in. Een koelplaat is geen goed idee. Ons kindje is daar te klein voor. We hebben gewoon koelelementen nodig. Bij de campingwinkel in ons dorp koop ik voldoende koelelementen. Ik spreek ook nog een lotgenoot. Zij deden dit ook overdag met koelelementen en ’s nachts zetten ze hun zoontje in de koelkast. Zij hadden een reserve koelkast die ze daarvoor vrij gemaakt hadden. Nee, hierin staat voor mij vast wat ik wil. Bij Gijs had ik spijt dat we hem niet eerder uit zijn mandje hadden gehaald. En hij stond op een andere slaapkamer dan de onze. Mijn man wil niet meer dat contact als de kindjes dood zijn. Ik wel, ik heb dat nodig. Rijk slaapt naast mij in zijn mandje op onze slaapkamer. Dat als ik wakker word, zijn snoet kan zien. Ik voel me zoals de dolfijn die ik zag in een natuurdocumentaire. Haar jong was overleden en ze bleef het net zolang met haar snuit voortduwen tot het uit elkaar viel en ze het wel moest loslaten. Zo voel ik dat ook. Mijn man vindt het prima, we moeten beiden doen wat voor ons het beste voelt.
Ook bellen we de pastor om te melden in welke fase we zitten en hij komt voor een gesprek. We konden goed met hem praten toen Gijs was overleden. Ook geven we aan dat we Rijk graag bij Gijs willen begraven. Hij geeft meteen aan dat dat niet mag. Een graf mag niet heropend worden binnen een bepaald tijdsbestek. Dit is bij wet vastgelegd en hier kan geen uitzondering op gemaakt worden. Beiden vinden wij dit heel moeilijk. Wat nu?
We gaan net als toen met Gijs naar een riet/rotan importeur. Mijn man doet er wel eens vervoer voor. We zijn weer welkom in hun grote toonzaal. We worden alleen gelaten en mogen op deze enorme bovenverdieping op ons gemak rondkijken. Veel herinneringen overvallen ons. We hebben verdrietige momenten en ons hoofd staat er niet naar. We vinden geen mandje dat geschikt zou zijn voor Rijk. Het mag niet te groot zijn en dat is wel een probleem. Ik herinner me mandjes die ik thuis heb staan en we rijden naar huis. Ook geen zin in om nog naar andere winkels te gaan. We willen alleen maar naar huis. Moe en emotioneel.
Thuis vinden we een mandje wat we geschikt vinden en kleden dit wat aan. We laten de oudste helpen. Een open mandje om in op te baren en een gesloten mandje om hem later in te begraven.
Het geboortekaartje is ook klaar op details na. We wilden eigenlijk voet- en of handafdrukjes erop hebben maar er werd al gezegd dat we daar niet 100% op moesten rekenen. Dat het niet altijd mogelijk is en nog heel klein. We vinden de 3d echo foto erg mooi en die gaan we gebruiken.